Oh Boy I
- mijnsuperleven
- 14 sep 2018
- 3 minuten om te lezen
“Heel goed. En nu 1x kuchen”, zegt de dokter. Ik kuch op commando en betrap mijzelf erop dat ik zelfs keurig mijn hand voor mijn mond houd. Het werkt. De vrouw houdt tussen het roestvrijstalen tangetje in haar behandschoende hand het ‘vishaakje’ als bewijs in de lucht. Ok, hij is eruit. Na het doktersbezoek fiets ik rechtstreeks naar de dichtstbijzijnde drogisterij om zonder enige gêne een pakje Durex aan te schaffen. Want waar ik op verjaardagen altijd direct de kinderhoek induik, binnen 5 seconden aan elk ledemaat een kind heb hangen en met hoedjes, boa’s en instrumenten de kleine wezens van hoogwaardig matinee-entertainment voorzie, bestaat mijn gevoel over een exemplaar van mijzelf uit knagende beestjes in mijn borst, samentrekkende darmen en opspelend maagzuur van de zenuwen. Het ‘gaan voor een kind’ zou één van de eerste beslissingen ooit worden welke ik vooral met mijn verstand zou nemen in plaats van op gevoel, (ok, samen met de aankoop van een stille wasmachine en die van bruin lederen Birkenstocks voor een avontuurlijk reisje Bali).
Stap 1 was de afspraak bij de dokter inplannen. Aangezien ik mijn 32e verjaardag al een paar maanden daarvoor had gevierd en wél grijze slapen maar nog géen rammelende eierstokken had, wilde ik weleens voelen hoe ik het zou vinden als er geen spreekwoordelijk hekwerk meer zou zijn dat mijn spreekwoordelijke kostbare schaapjes zou beschermen tegen eh…de spreekwoordelijke grote boze wolf. De rechtstreekse fietstocht van de huisartsenpraktijk naar het Kruidvat sprak boekdelen…ik vond het doodéng! Want gaan het kindje en ik wel van elkaar houden? Wil ik het na 5 uur huilen en 30 kipkerrie-spuitluiers niet stiekem van het balkon gooien? Krijg ik het op het moment suprême überhaupt uit mijn lichaam? (1x kuchen zal het dit keer niet zijn..), is mijn relatie goed genoeg en bestand tegen het geweld van een kind? Als ik alle jonge ouders met hun goed en grappig bedoelde opmerkingen moet geloven, moet ik als de sodemieter weer terug naar de dokter om het hekwerk terug te laten plaatsen. En dat doe ik natuurlijk niet. Want ergens diep van binnen, onder de dikke vierseizoenendeken van angsten en onzekerheden, zit het gevoel dat ik er klaar voor ben. Ok, ik ben dan wel net begonnen aan een opleiding, zit middenin de proeftijd bij een nieuwe werkgever en we zijn nog altijd zoekende naar een koopwoning, maar hey; hét moment komt niet! Zul je altijd zien; zit je net lekker in je werk; bevindt je relatie zich in zwaar weer, vind je eindelijk dat koophuis; wordt je contract niet verlengd, heb je eindelijk een baan die bij je past; zit je met jezelf in de knoop, heb je jezelf uit de knoop, begint de riedel des levens potverdorie weer opnieuw. Daar kun je echt niet op wachten hoor. En daar had ons toekomstige kind overigens ook totaal geen boodschap aan. Die vond dit een perféct moment om het op een zwemmen te zetten! En zo zit ik binnen de kortste keren wederom bij de huisarts aan tafel. Ik vraag me af of de schoonmaker überhaupt de tijd heeft gehad om het pedaalemmertje met mijn vishaakje erin, te voorzien van een nieuw vuilniszakje.
“Zo, wat brengt jou hier?”, vraagt de huisarts. Ik kuch een paar zenuwkuchjes en betrap mijzelf erop dat ik daarbij mijn hand beschermend op mijn buik houd.
“Ik eh….ik ben zwanger.”
Recente blogposts
Alles weergevenAls moeder voel je je vaak ondergewaardeerd. Je man, je kids, je (jongere, kinderloze) collega’s; niemand lijkt écht te zien welke...
Bolle, de DJ, de Belg, de Krullenbol, de Klootzak, de Lamzak; Nee, je zit niet in een aflevering van ‘Opsporing Verzocht’ met een...
Architecten, kunstenaars, schrijvers, beroepsmuzikanten, sportverslaggevers, journalisten, redacteuren, directeuren, uitvinders,...
Comentarios